Uitgebreid zoeken

Inlijstinstructie

Hoe u zelf op professionele wijze uw werk inlijst 

Maten 
 
Bij het bestellen van een maatwerklijst, houten schilderijlijst, fotolijst of aluminiumlijst dient de glasmaat of doekmaat opgegeven te worden. Dit is de maximale maat van het werk, voor doek te meten op de hoeken waar het doek is samengevouwen.. 
Bij standaardlijsten is de opgegeven maat altijd de glasmaat. Dit betekent dat de uiteindelijke maat van het ingelijste werk groter zal zijn. 
Baklijsten worden alleen toegepast voor doek en paneel, zonder glas. 
Voor baklijsten dient de binnenmaat van de bak opgegeven te worden !! Neem hiervoor de maat van het paneel of doek en tel bij hoogte en breedte 1 cm op 
 
Levering maatwerk 
 
Standaard leveren wij maatwerklijsten  hardboard achterplaat met 4 punts ophanging.ook de Nielsen aluminiumlijst op maat ,op verzoek kan dit in hoogte verstelbare Nielsen ophanging die in het frame wordt geklemd en geschroefd. 
Schilderijlijsten, fotolijsten etc kunnen op verzoek ook geleverd worden met opvulkarton en achtertik. 
Het inlijsten 
De wijze van inlijsten van een werk wordt bepaald door het type lijst. 
 
 
Algemeen: 
Zorg voordat u begint met inlijsten voor een stabiele vlakke ondergrond minstens zo groot als de lijst ( een tafel of gladde vloer bijvoorbeeld ) en bedek deze met een laag papier, een handdoek of deken. Leg hierop de lijst. Let ook goed op dat u tijdens het inlijsten geen druk uitoefent op de glasplaat. Deze ligt met de randen op het lijstprofiel en raakt in het midden niet de ondergrond. Geringe druk kan de glasplaat al doen breken. Denk hier vooral om bij het schoonmaken van het glas; Slechts zeer weinig druk uitoefenen! Glasbreuk na aflevering wordt door ons niet vergoed!
Leg bij werken op papier altijd een zuurvrij inlegvel tussen werk en achterboard. 
Aluminium wissellijsten of fotolijsten 
Aluminium wissellijsten of fotolijsten zijn zogenaamde backloaderlijsten ( het werk wordt vanaf de achterzijde in de lijst gemonteerd ) waarvan de inhoud door het gebruik van draaiveren en hoekveren eenvoudig en snel kan worden gewisseld. 
• Leg de lijst met de zichtkant naar beneden op een schone vlakke ondergrond. 
• Druk nu de draaiveren licht in en draai de uiteinden uit de lijst. Verwijder ook de hoekveren. Hierdoor komt de achterplaat vrij te liggen. 
• Til de achterplaat aan de ophangingsdraad of de tandhangerclips voorzichtig uit de lijst en zet deze opzij. 
• Verwijder nu eerst het papieren schutblad. U ziet nu alleen de lijst met het glas. 
• Neem eventueel stof af met een stofdoekdoek, u kunt een glasreinigingsvloeistof gebruiken maar zorg in dit geval er voor dat het glas en de binnenzijde van de lijst volkomen droog zijn voordat u verder gaat. 
• Leg nu het in te lijsten werk met de zichtkant naar onderen in de lijst. 
• Leg vervolgens de achterplaat weer in de lijst, draai en klem de veren weer vast. 
• Draai het ingelijste werk om en controleer zorgvuldig op eventuele achtergebleven stofdeeltjes of andere ongerechtigheden. Mochten er toch nog verontreinigingen zichtbaar zijn, demonteer dan de lijst, maak opnieuw schoon, en zet weer in elkaar. 
 
Het ingelijste werk is nu klaar om opgehangen te worden. Afhankelijk van het ophangsysteem van uw lijst ( met een drie- of vierpunts draadophanging of tandhangerclips, bepaalt u de hoogte van het bevestigingspunt op de wand. 
 
Draadophanging (drie- of vierpunts): 
 
Deze vorm van ophanging bestaat uit een staaldraad die op drie hoeken van de achterplaat is bevestigd. 
Belangrijk: let er bij het inleggen van het in te lijsten werk en vervolgens de achterplaat op dat de bovenzijde van het werk altijd op de achterplaat een aan de lijst parallel lopende draad heeft. Controleer dit nadat u het werk heeft ingelijst. 
Bij vierpunts draadophanging speelt dit geen rol, de ophangdraad is op alle vier de hoeken van de achterplaat bevestigd, er is geen boven of onder, het ingelijste werk kan op iedere wijze worden opgehangen. 
 
Ter bepaling van de hoogte van het ophangpunt: Neem met een hand het ingelijste werk op in het midden van de bovenste draad. Als de draad strak staat meet u de afstand van het hoogste punt van de draad tot de bovenlijst. 
Dit is de afstand die u moet aftrekken van de hoogte van de bovenlijst zoals deze op de wand moet komen te hangen. 
 
Zorg er altijd voor dat ieder ingelijst werk, of het nu een wissellijst, fotolijst, schilderijlijst of baklijst betreft, opgehangen wordt aan een stevig ophangpunt. In onze online-catalogus vindt u diverse ophangsystemen die, mits volgens de bijgeleverde handleiding toegepast, garanderen dat uw werk niet kan vallen. 
 
 
Tandhangerclips: 
 
Dit ophangsysteem maakt gebruik van twee metalen ophangbeugels, een aan een korte en een aan een lange zijde van de achterplaat. Ook hier geldt dus: goed opletten dat de achterplaat zo wordt gemonteerd dat een zijde met tandhangerclip aan de bovenkant van het werk komt. 
 
Na bevestiging van het werk in de lijst meet u de afstand tussen de “tanden” van de clip en de bovenkant van de lijst. 
Het ophangpunt in de wand moet deze afstand lager dan de uiteindelijk gewenste hoogte van de bovenrand worden gemaakt. 
 
 
Houten wissellijsten 
 
Ook houten wissellijsten zijn backloaderlijsten. De bevestiging van de achterplaat vindt echter niet plaats met behulp van veren, maar door zogenaamde flexpoints. Dit zijn buigzame metalen lipjes die in de binnenzijde van de houten lijst zijn bevestigd. 
Door de metalen lipjes respectievelijk open of dicht te buigen kan de achterplaat worden verwijderd dan wel bevestigd. 
 
Volg verder voor het inlijsten van het werk de instructies als boven omschreven bij aluminium wissellijsten. 
 
 
Houten maatlijsten 
 
Houten maatlijsten worden eveneens geleverd met flexpoints, de wijze van inlijsten is dus grotendeels hetzelfde als hierboven beschreven bij houten wissellijsten. 
 
Nielsen aluminium maatlijsten 
 
Nielsen maatlijsten worden meestal gebruikt voor meer permanent werk. 
De aluminium lijsten zijn dan ook niet voorzien van draaiveren, maar van een schroefsysteem met klemveren. 
Teneinde een werk in een Nielsenlijst in te lijsten dient de lijst aan een zijde te worden losgeschroefd. Pas goed op met het uitoefenen van druk op de lijst. Glas is zeer breekbaar. 
 
Werkwijze: Leg de lijst weer als boven beschreven op een zachte vlakke ondergrond. 
Verwijder de klemveren. Schroef nu voorzichtig aan een zijde de hoekplaatjes los en verwijder een van de lijstprofielen. 
Schuif de achterplaat uit de lijst en verwijder het schutvel. 
Maak het glas schoon als boven beschreven en schuif het in te lijsten werk voorzichtig in de lijst. Schuif vervolgens de achterplaat in de lijst en bevestig het losse lijstprofiel weer. Bevestig de klemveren en draai het werk om om te controleren of alles naar wens is. 
 
Baklijsten 
 
Leg de lijst als boven beschreven op een vlakke ondergrond. 
Positioneer het werk in de lijst met ongeveer een halve cm tussenruimte aan alle kanten. Vanaf de achterkant vastschroeven, door de lijst, in het spieraam. Wellicht ten overvloede: Gebruik hiervoor dunne houtschroeven die niet langer zijn dan de dikte van werk plus lijst. 
Doeken of panelen kunnen ook met behulp van spieplaten (zie inlijstmaterialen) in het frame worden geschroefd. De spieplaten met kleine houtschroefjes 
in de staande kant van de sponning van de lijst monteren met de rechte kant beneden en de ronde kant boven, positioneer het doek, buig de spieplaten over het spieraam en schroef vast. 
 
 
Passe-partout 
 
Sommige kunstwerken kunnen niet direct achter glas worden ingelijst. Bijvoorbeeld pastel- en houtskooltekeningen raken beschadigd bij direct contact met glas. Voor dit soort werken is een passe-partout noodzakelijk: een lijst binnen de lijst, een rand van dik karton. Deze rand zorgt voor een ruimte van enkele millimeters tussen glas en kunstwerk. 
 
Een minder bekend gevaar van het inlijsten van vooral pasteltekeningen direct achter glas is statische elektriciteit! Bij het schoonmaken van het werk kan door de beweging van de schoonmaakdoek het glas statisch worden en de positie van de pigmentdeeltjes in de tekening verstoord worden. Bij gebruik van perspex in plaats van glas treedt dit effect zelfs in versterkte mate op. Gebruik dus voor het inlijsten van pasteltekeningen bij voorkeur geen perspex! 
 
Ook andersoortige kunstwerken zoals etsen, tekeningen, lithos of zeefdrukken komen vaak beter tot hun recht als ze worden ingelijst met een passe-partout. 
 
Passe-partouts worden over het algemeen geneden uit massief kartonnen platen. De toplaag van deze platen kan een kleur en/of structuur hebben, de binnenlaag is meestal wit of gebroken wit. Het “venster” wordt uitgesneden onder een hoek van 45 graden. Hierdoor ontstaat nog een extra randje als overgang naar het kunstwerk en lijkt het karton dikker. 
 
Er is geen vaste regel voor de maten van een passe-partout, maar wel een aantal vuistregels voor de verhouding tussen de breedte van de lijst, de breedte van de passe-partout rand en maat van het in te lijsten kunstwerk. 
 
Houd er rekening mee dat een passe-partout deels in de sponning van de lijst 
valt. 
• Bij brede sponningen kan dit zeker een cm schelen! 
• De rand van het passe-partout moet duidelijk breder zijn dan de lijstbreedte. 
• Over het algemeen is een passe-partout rand minstens 7 centimeter breed. 
De boven- en zijranden van het passe-partout venster hebben dezelfde breedte, de onderrand is 10 tot 30 % breder. Hierdoor word de optische indruk voorkomen dat het werk naar beneden zakt. 
• Bij vierkante kunstwerken in een rechthoekige lijst kan zelfs een 100 % bredere onderrand ( 2 maal zo breed als de zij- en bovenrand) goed werken. 
• Een andere wijze van maatvoering is het doortrekken van de diagonalen. Hierdoor krijgen bijvoorbeeld langwerpige liggende werken een bredere zijrand en een smallere boven- en onderrand. 
 
Kleur is zeer afhankelijk van persoonlijke smaak. Ter overweging mag gelden dat de taak van het passe-partout is, zonder zelf op te vallen, de aandacht extra te vestigen op het ingelijste kunstwerk. Een nadrukkelijk gekleurd passe-partout voegt in feite iets toe aan het kunstwerk waarbij de vraag gesteld dient te worden of dit wel de bedoeling is. Bijpassende kleuren of juist contrasterende kleuren beïnvloeden het kunstwerk als geheel en zouden bij voorkeur met terughoudendheid moeten worden toegepast. 
 
De meeste passe-partouts hebben de vorm van een binnenlijst, een uitgesneden venster , waar het kunstwerk achter wordt geplaatst. Ter bescherming gebruikt men voor pastel- en houtskooltekeningen altijd een “venster”passe-partout. 
 
Indien het kunstwerk zelf een bijzondere rand heeft die getoond moet worden, bijvoorbeeld de ruwe rand van geschept papier, kan er voor gekozen worden het werk op mounting board of passe-partoutkarton te plakken en vervolgend door het gebruik van verdiepingsprofielen ( smalle aan een zijde zelfklevende stroken die aan de binnenzijde van de lijstsponning worden geplakt om afstand te scheppen tussen werk en glas. Deze techniek wordt vaak gebruikt bij het inlijsten van aquarellen, etsen of litho’s. 
 
Montage 
 
Omdat bij gebruik van een passe-partout het kunstwerk zelf niet tegen het glas drukt, kan een opgehangen kunstwerk door de zwaartekracht gaan “ bobbelen” . Daarom raden wij aan bij gebruik van een passe-partout het kunstwerk alleen aan de bovenzijde te bevestigen met behulp van dubbelzijdig tape ( de zwaartekracht houdt het werk dan vlak ), of het op een stevige ondergrond te plakken. 
 
Gebruik hiervoor bij voorkeur zuurvrij karton ( sommige goedkopere kartonsoorten worden tijdens de fabricage behandeld met een zuur. Resten van dit zuur kunnen na enige tijd doordringen in het opgeplakte kunstwerk en verkleuringen veroorzaken.) 
Een eenvoudige en veilige manier om een kunstwerk op te plakken is met gebruik van zuurvrije spuitlijm, ook wel fotolijm of montagelijm genoemd. 
Leg het kunstwerk met de afbeelding naar beneden op een schoon vel papier en spuit er voorzichtig een laag lijm op. Bij eenzijdig gebruik kan het werk nog verplaatst worden. Laat de lijm even aandrogen draai het werk dan om en leg het voorzichtig op het karton. Bij een groot werk is het aan te bevelen dit samen met iemand anders te doen, waarbij een persoon het kunstwerk omhoog houd terwijl de ander het vanuit een van de zijden voorzichtig drukkend het werk vastplakt. Hierdoor wordt voorkomen dat er luchtbellen onder het werk blijven zitten. 
Corrigeer indien nodig en leg dan een schoon vel papier op het werk, waarna het werk stevig vastgewreven kan worden. 
 
Nog eenvoudiger is het gebruik van EASYSTICK platen. Op deze zelfklevende platen verkrijgbaar in de maten 100 bij 125 cm of 70 bij 100 cm kan na verwijdering van het schutblad direct geplakt worden. 
 
De aan te bevelen werkwijze: 
• Positioneer het passe-partout met de goede kant naar onderen op het vel EASYSTICK. 
• Zet potloodstreepjes in de hoeken van het venster van het passe-partout op het vel EASYSTICK. 
• Trek lijnen tussen de hoekaanduidingen om aan te geven waar het schutvel moet worden verwijderd. 
• Snijdt met een scherp mes het gemarkeerde deel uit. 
 
Als het een grotere foto of poster betreft snijdt u een extra strook van ca 5 cm uit het midden van het ontstane kader.
Positioneer eerst met behulp van het passe-partout de foto of poster op de zelfklevende ondergrond met het schutvel nog helemaal aanwezig. 
Til de foto of poster zonder deze te verschuiven op in het midden terwijl u over een lengte van ongeveer 10 cm het schutvel van de middenstrook losmaakt en terugvouwt. 
Laat de poster of foto vervolgens voorzichtig terugkomen op zijn positie, maar nu op de kleine vrijgekomen plaklaag en druk deze vast.. 
Vervolgens kunt u de foto of poster vanaf de andere kant optillen en de rest van de middenstrook van het schutvel verwijderen. Dan plakt u foto of poster over de gehele middenstrook, aandrukkend vanaf het kleine deel dat al geplakt was. 
Vervolgens steeds een deel van het schutvel links en rechts van de middenstrook verwijderen, en steeds van uit de geplakte middenstrook aan drukken, totdat de hele oppervlakte van de foto of poster zonder kreuken of luchtbellen is vastgeplakt. 
 
U kunt natuurlijk ook in plaats van deze zorgvuldige positionering het vel EASSYSTICK ruimschoots nemen en later de overstekende delen afsnijden.